Sterrenwacht

Presikheaven

ONTDEKKINGEN

Slang aan de hemel vastgelegd door ESO, de Europese Zuidelijke Sterrenwacht

In deze nieuwe infraroodopname wordt een groot aantal sterren onthuld achter de vage oranje gloed van de Sh2-54-nevel. Deze prachtige "sterrenkwekerij" in het sterrenbeeld Serpens (Slang) is in detail vastgelegd met de Visible and Infrared Survey Telescope for Astronomy (VISTA) van ESO's Paranal Observatory in Chili.

Toen de Oude Grieken naar de nachtelijke hemel keken, zagen ze patronen in de sterren. Ze noemden een van deze "sterrenbeelden" Serpens, vanwege de gelijkenis met een slang. Wat zij niet konden zien is dat bij de staart van dit sterrenbeeld een schat aan schitterende astronomische objecten staat. Hiertoe behoren de Adelaar-, de Omega- en de Sh2-54-nevel. Die laatste wordt in een nieuw licht onthuld op deze spectaculaire infraroodfoto.

Nevels zijn uitgestrekte wolken van gas en stof waaruit sterren worden geboren. Dankzij telescopen kunnen astronomen deze zwakke objecten tot in het kleinste detail identificeren en analyseren. De hier getoonde nevel, op ongeveer 6.000 lichtjaar afstand, heet officieel Sh2-54; de "Sh" verwijst naar de Amerikaanse astronoom Steward Sharpless, die in de jaren vijftig meer dan 300 nevels heeft gecatalogiseerd.

Naarmate de technologie om het heelal te onderzoeken zich ontwikkelt, neemt ook ons begrip van deze stellaire kraamkamers toe. Een van deze vorderingen is de mogelijkheid om verder te kijken dan het licht dat door onze ogen kan worden waargenomen, zoals infrarood licht. Net zoals de slang - de naamgever van deze nevel - het vermogen ontwikkelde om infrarood licht waar te nemen om zijn omgeving beter te begrijpen, zo hebben we infrarood-instrumenten ontwikkeld om meer te weten te komen over het heelal.

Zichtbaar licht wordt gemakkelijk wordt tegengehouden (geabsorbeerd) door stofwolken in nevels - zie de foto gemaakt in zichtbaar licht. Maar infrarood licht (IR) komt vrijwel ongehinderd door de dikke lagen stof heen. Het beeld in de IR-foto onthult dan ook een schat aan sterren die achter de stofsluiers schuilgaan. Dit is bijzonder nuttig omdat wetenschappers zo veel gedetailleerder kunnen bestuderen wat er in stellaire kraamkamers gebeurt, en zo meer te weten kunnen komen over hoe sterren worden gevormd.

Dit beeld is in infrarood licht opgenomen met de gevoelige 67-miljoen-pixel camera van ESO's VISTA-telescoop in de Paranal-sterrenwacht in Chili. Hij is gemaakt in het kader van de VVVX-survey - de VISTA Variables in the Via Láctea eXtended-survey. Dit is een meerjarenproject waarbij herhaaldelijk een groot deel van de Melkweg op infrarode golflengten is gefotografeerd, wat belangrijke gegevens oplevert om de stellaire evolutie te begrijpen.


Hemelkaart van het sterrenbeeld Slang.

Deze foto, gemaakt met de VLT Survey Telescope van de ESO-sterrenwacht op Paranal in Chili, toont de nevel Sh2-54 in zichtbaar licht. Op deze golflengten is de structuur van de nevel duidelijk herkenbaar en houden de stof- en gaswolken het licht van de sterren in en achter de nevel tegen.

Deze foto van de spectaculaire Sh2-54-nevel is gemaakt in infrarood licht met de VISTA-telescoop van ESO op de Paranal-sterrenwacht in Chili. Het licht van de sterren in en achter de nevel wordt in zichtbaar licht tegengehouden door de wolken van stof en gas. Maar infrarode straling heeft hier geen last van. 

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

ESO legt de geest van een reuzenster vast

Een spookachtig spinnenweb, magische draken of spooksporen? Wat ziet u in dit beeld van het Vela supernovarestant? Dit prachtige kleurenpalet toont de spookachtige overblijfselen van een gigantische ster, en werd hier in ongelooflijk detail vastgelegd met de VLT Survey Telescope, opgesteld op de Paranal-site van de Europese Zuidelijke Sterrenwacht (ESO) in Chili.

De piekerige structuur van roze en oranje wolken is alles wat overblijft van een zware ster die ongeveer 11.000 jaar geleden door een krachtige explosie aan zijn einde kwam. Wanneer de meest massieve sterren het einde van hun leven bereiken, gaan ze vaak met een knal uit elkaar, in een uitbarsting die supernova wordt genoemd. Deze explosies veroorzaken schokgolven die door het omringende gas bewegen, samenpersen en ingewikkelde draadvormige structuren creëren. De vrijgekomen energie verhit de gasachtige filamenten, waardoor ze helder schijnen, zoals op deze foto te zien is.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Astronomen ontdekken hete gasbel rond het superzware zwarte gat van de Melkweg

Met behulp van de Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA) hebben astronomen tekenen gezien van een 'hot spot' die rond Sagittarius A* draait, het zwarte gat in het centrum van ons melkwegstelsel. Deze vondst helpt ons de raadselachtige en dynamische omgeving van ons superzware zwarte gat beter te begrijpen.

"We denken dat we kijken naar een hete gasbel die rond Sagittarius A* draait in een baan die even groot is als die van de planeet Mercurius, maar die een volledige lus maakt in slechts 70 minuten. Dit vereist een verbluffende snelheid van ongeveer 30% van de lichtsnelheid!", aldus Maciek Wielgus van het Max Planck Instituut voor radioastronomie in Bonn, Duitsland, die de studie leidde die vandaag is gepubliceerd in Astronomy & Astrophysics.

De waarnemingen werden gedaan met ALMA in de Chileense Andes - een radiotelescoop die mede-eigendom is van de Europese Zuidelijke Sterrenwacht (ESO) - tijdens een campagne van de Event Horizon Telescope (EHT) Collaboration om zwarte gaten in beeld te brengen. In april 2017 koppelde de EHT wereldwijd acht bestaande radiotelescopen, waaronder ALMA, aan elkaar, wat resulteerde in het onlangs vrijgegeven eerste beeld ooit van Sagittarius A*. Om de EHT-gegevens te kalibreren, gebruikten Wielgus en zijn collega's, die lid zijn van de EHT Collaboration, ALMA-gegevens die gelijktijdig met de EHT-waarnemingen van Sagittarius A* werden opgenomen. Tot verrassing van het team waren er meer aanwijzingen voor de aard van het zwarte gat verborgen in de ALMA-metingen.

Bij toeval werden sommige waarnemingen gedaan kort nadat een uitbarsting of vlam van röntgenenergie was uitgezonden vanuit het centrum van ons sterrenstelsel, die was waargenomen door NASA's Chandra Space Telescope. Dit soort flares, die eerder zijn waargenomen met röntgen- en infraroodtelescopen, worden in verband gebracht met zogenaamde 'hot spots', hete gasbellen die zeer snel en dicht bij het zwarte gat draaien. 

"Wat echt nieuw en interessant is, is dat dergelijke vlammen tot nu toe alleen duidelijk aanwezig waren in röntgen- en infraroodwaarnemingen van Sagittarius A*. Hier zien we voor het eerst een zeer sterke aanwijzing dat ronddraaiende hot spots ook aanwezig zijn in radiowaarnemingen," zegt Wielgus, die ook verbonden is aan het Nicolaus Copernicus Astronomisch Centrum in Polen en het Black Hole Initiative aan de Harvard University, VS. 

"Misschien zijn deze op infrarode golflengten waargenomen hete plekken een manifestatie van hetzelfde natuurkundige verschijnsel: als infrarood uitstralende hete plekken afkoelen, worden ze zichtbaar op langere golflengten, zoals die welke door ALMA en de EHT worden waargenomen," voegt Jesse Vos toe, een promovendus aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, die ook bij deze studie betrokken was.

Lange tijd werd gedacht dat de vlammen afkomstig waren van magnetische interacties in het zeer hete gas dat in een baan rond Sagittarius A* draait, en de nieuwe bevindingen ondersteunen dit idee. "Nu vinden we sterke aanwijzingen voor een magnetische oorsprong van deze vlammen en onze waarnemingen geven ons een aanwijzing over de geometrie van het proces. De nieuwe gegevens zijn uiterst nuttig voor het opbouwen van een theoretische interpretatie van deze gebeurtenissen," zegt co-auteur Monika Mo?cibrodzka van de Radboud Universiteit.

Met ALMA kunnen astronomen gepolariseerde radiostraling van Sagittarius A* bestuderen, waarmee het magnetisch veld van het zwarte gat kan worden onthuld. Het team heeft deze waarnemingen samen met theoretische modellen gebruikt om meer te weten te komen over de vorming van de hete plek en de omgeving waarin deze is ingebed, waaronder het magnetische veld rond Sagittarius A*. Hun onderzoek levert sterkere beperkingen op voor de vorm van dit magnetische veld dan eerdere waarnemingen en helpt astronomen de aard van ons zwarte gat en zijn omgeving te ontdekken.

De waarnemingen bevestigen enkele van de eerdere ontdekkingen van het GRAVITY-instrument op ESO's Very Large Telescope (VLT), dat in het infrarood waarneemt. De gegevens van GRAVITY en ALMA suggereren beide dat de vlam ontstaat in een klomp gas die met ongeveer 30% van de lichtsnelheid met de klok mee rond het zwarte gat wervelt aan de hemel, waarbij de baan van de hot spot bijna recht tegenover elkaar ligt.

"In de toekomst zouden we in staat moeten zijn om hot spots over verschillende frequenties te volgen met behulp van gecoördineerde multigolflengtewaarnemingen met zowel GRAVITY als ALMA - het succes van een dergelijke onderneming zou een echte mijlpaal zijn voor ons begrip van de fysica van vlammen in het galactische centrum," zegt Ivan Marti-Vidal van de Universiteit van València in Spanje, co-auteur van de studie.

Het team hoopt met de EHT ook de ronddraaiende gasklompen rechtstreeks te kunnen waarnemen, om steeds dichter bij het zwarte gat te komen en er meer over te leren. "Hopelijk kunnen we op een dag met een gerust hart zeggen dat we 'weten' wat er in Sagittarius A* gebeurt," besluit Wielgus.